Daniël 9:24
In vers 24 is sprake van 70 weken. In Israël waren niet alleen de dagen, maar ook de jaren
in weken gegroepeerd, met elk 7
e jaar als een sabbat(sabbatsjaar).
Hier in hoofdstuk 9 is sprake van 70 'jaarweken'. Dat blijkt o.a. uit de uitdrukking
in 10:3, waar in onderscheid van de eerder genoemde weken, sprake is van 'drie volle
weken' (NBG51), in 't Hebreeuws letterlijk: 'drie weken der dagen' (zoals in de SV).
Bovendien sluit dit aan bij de hoofdgedachte van het gedeelte. Israël was
veroordeeld tot 70 jaren ballingschap (Jeremia 25:12; 29:10), omdat het land
nog 70 sabbatsjaren tegoed had (zie 2 Kronieken 36:21), die blijkbaar gedurende
de koningentijd niet in acht werden genomen.
Als de 70 jaren ballingschap vol zijn, is daarmee een periode van 70 jaarweken afgesloten.
Maar hoewel het volk nu mag terugkeren, betekent dat niet, dat het nu al het moment is dat
als Gods beloften in vervulling gaan. Nog eens zo'n periode moeten de Israëlieten
wachten.
In die periode zal eerst Jeruzalem herbouwd worden. Het bevel daartoe is in 445 voor
Christus gegeven door Artachsasta (Nehemia 2). De periode tot op 'een gezalfde' (NBG),
'Messias' (SV) zal 69 'weken' of 483 jaar zijn, verdeeld in 7 en 62 weken. De
eerste periode is nodig geweest voor de herbouw van de tempel en de completering van
het Oude Testament – Ezra en Nehemia, met hun tijdgenoten Haggaï en Zacharia en tenslotte
Maleachi, die enige tijd later leefde en profeteerde. Daarna hebben gedurende zo'n 400
jaar geen profeten meer gesproken. Maar in de tijd van Jezus, zijn vele profetieën in
vervulling gegaan, namelijk die betrekking hebben op
de komst van de Messias. Die met
betrekking
tot zijn koningschap zouden nog veel langer moeten wachten op
vervulling.
naar boven